Kinderen met ADHD zijn vaak onhandig en betrokken bij pesten, zowel als slachtoffer als als dader. De relatie tussen motorische vaardigheden en de status van pestkop wordt slecht begrepen. Het doel van de huidige studie was om het effect van motorische vaardigheden in de kindertijd op pesten/pesterij bij mensen met ADHD te evalueren.
Hoogtepunten
- Slechte prestaties in lichamelijke opvoeding zijn een betrouwbare proxy voor slechte motorische vaardigheden.
- Een slechte motoriek draagt sterk bij aan gepest worden in de kindertijd.
- Slechte motorische vaardigheden worden verondersteld een weerspiegeling te zijn van slechte onderliggende sociale vaardigheden.
- Slechte sociale vaardigheden zijn vermoedelijk de belangrijkste drijfveer achter slachtofferschap van pesten.
In deze cross-sectionele studie vulden 403 volwassenen met de diagnose ADHD een vragenlijst in over hun herinnering aan slachtofferschap van pesten, pesten, prestaties in lichamelijke opvoeding (PE) (gedefinieerd als prestaties onder het gemiddelde in dwz balvaardigheid, coördinatie of behendigheid) als een proxy voor motorische vaardigheden en academische vaardigheden op 12-jarige leeftijd, in vergelijking met hun leeftijdsgenoten. Van de huidige steekproef herinnerde 63% zich slachtoffer te zijn geweest en 31% gaf aan dat ze dader waren. Tweeëndertig procent herinnerde zich dat ze onder het gemiddelde presteerden in PE. De diagnose ADHD hebben en een slechte motoriek hebben, was sterk geassocieerd met slachtofferschap van pesten (OR = 2,63; 95% BI:1,62, 4,27, p < .001). Slachtofferschap kwam vaker voor tijdens alle gemeten perioden, van de kleuterschool tot de leeftijd van 15 jaar, onder degenen met slechte prestaties in lichamelijke opvoeding in vergelijking met degenen zonder slechte prestaties. Er werd geen relatie gevonden tussen slechte motoriek en pestgedrag.
Conclusie
Een cruciale rol van het cerebellum is coördinatie en het koppelen van opeenvolgende motorische acties door middel van milliseconde timing. Afwijkingen in dit vermogen maken een persoon aanwezig als "anders", wat door andere kinderen werd genoemd als de meest voorkomende reden voor sociale uitsluiting. Daarom wordt gesuggereerd dat subtiele onhandigheid (vermoedelijk door slechte prestaties in gymles) een weerspiegeling is van tekorten in sociale vaardigheden, die intuïtief worden waargenomen door leeftijdsgenoten, wat leidt tot slachtofferschap.