Checklist calamiteiten | Stop Pesten NU

084-8340086

Calamiteiten in het onderwijs en checklist

In de school is een vechtpartij geweest tussentwee leerlingen en daarbij is een mes getrokken. Een leerling is zwaargewond en ligt bloedend op het schoolplein. De dader is voortvluchtig. Er is paniek onder de leerlingenen docenten. Politie en ambulance zijngealarmeerd. Een groepje leerlingen wil zelf op zoek naar de dader om verhaal te halen. Wanneer er gewonden vallen bij een gewelds- incident op school, ontstaat er paniek. Mensen handelen dan vaak vanuit hun emotie en intuïtie. De veiligheid van de betrokkenen is hoe dan ook de eerste zorg in zo’n situatie. Pas later, als de eerste paniek voorbij is en de hulpverlening is opgestart, komt er ruimte om te reflecteren. Dan kan er ook meer planmatig worden gehandeld. Een crisisdraaiboek biedt scholen houvast bij dit meer planmatig aanpakken van zaken. Dat gaat nog beter als medewerkers het draaiboek samen maken. De samenwerking bij het samenstellen van een crisisdraaiboek legt een stevige basis voor het handelen in tijden van calamiteit. Dat is dan meer op maat van de school, en effectiever.

Bron en lees meer Brochure Omgaan met calamiteiten in het onderwijs - als een ramp de school treft 2021 School & Veiligheid 

Vooraf

  • Opstellen van een draaiboek.
  • Bespreken en vaststellen van het draaiboek met betrokkenen.
  • Vaststellen wie in geval van calamiteiten de leiding heeft en het crisisteam bijeenroept.
  • Bepalen wie de leden van het crisisteam zijn.
  • Bepalen van taken en bevoegdheden van het crisisteam.
  • Persvoorlichter benoemen (uit het crisisteam of iemand daarbuiten, die in voortdurend contact staat om af te stemmen).
  • Sociale kaart: op welke externe deskundigen kan een beroep gedaan worden?
  • Draaiboek ligt klaar op vaste plek(ken) en is digitaal beschikbaar.

Tijdens, het bericht komt binnen

Allereerste zorg is veiligheid: betrokkenen en omstanders in veiligheid brengen.

  • Zo nodig gebouw ontruimen.
  • Eerste hulp bieden.
  • Politie, hulpdiensten e.d. inschakelen: alarmnummer 112.
  • Zorgen dat (bij geen gevaar) leerlingen op school blijven.
  • Snel inschatten van de ernst en de omvang van de calamiteit.
  • Opvangen van melder en getuigen.

Crisisteam

  • Eventueel en indien mogelijk incident geheimhouden tot nader order om feiten te kunnen verifiëren en eersteacties te plannen.
  • Zorgen voor blijvende telefonische bereikbaarheid van de school.
  • Inwinnen van informatie: controleren van gekregen informatie.
  • Contact opnemen met/raadplegen van instanties zoals politie, GGD, calamiteitenteam SSV (afhankelijk van calamiteit).
  • Nagaan wie er direct betrokken is (ouders/broers/ zussen/naaste vrienden) en hoe deze te informeren en op te vangen.
  • Bepalen hoe de boodschap gecommuniceerd wordt: persoonlijk, per telefoon, per brief, via informatiebulletin?

Informeren

1. Bijeenkomst met personeel voorbereiden

  • Wie heeft de leiding?
  • Wie geeft de informatie?
  • Wat wordt exact gezegd?
  • Voor wie kan het bericht extra zwaar zijn en wat is er voor hen nodig?
  • Wie gaat na welke personeelsleden afwezig zijn en licht hen in?
  • Wie informeert de leerlingen, wanneer, waar en op welke manier?
  • Wie informeert de afwezige leerlingen, wanneer, waar en op welke manier?
  • Wie stelt de tekst op ter ondersteuning van de informatie aan leerlingen?
  • Hoe verloopt de verdere opvang van leerlingen?
  • Wie informeert de ouders, wanneer, waar en op welke manier?
  • Welke mensen buiten de school moeten geïnfor- meerd worden en wie doet dat?
  • Zijn de afspraken bekend met betrekking tot perswoordvoering?
  • Wie organiseert een vervolgbijeenkomst, eventueel met deskundigen/hulpverleners/politie?

2. Bijeenkomst met personeel uitvoeren

  • De informatie wordt kort gegeven: ik moet u iets zeer ernstigs vertellen. Alleen belangrijkste infor- matie, ga niet teveel in op details.
  • Ruimte geven voor eerste emotionele reacties.
  • Mogelijkheid geven tot informatieve vragen.
  • Privacy bewaken.
  • Afspraken maken hoe de leerlingen ingelicht worden en door wie (mentor/vakdocent).
  • Eventueel schriftelijke informatie/boodschap uitde- len aan docenten die de leerlingen gaan inlichten.
  • Informatie geven over de reacties die je van leerlin- gen kan verwachten en hoe deze op te vangen.
  • Ook leerlingen instrueren om niet met journalisten te praten en uitleggen waarom niet.
  • Informatie over opvangmogelijkheden voor leerlin- gen (individueel, in de groep, in een aparte ruimte).
  • Informatie over opvang van naastbetrokken leerlingen.
  • Vervolgbijeenkomst personeel aankondigen of een dagelijkse briefing (die op een vast moment wordt gegeven).

3. Leerlingen en ouders informeren

  • Meteen na de bijeenkomst met het personeel leerlingen inlichten.
  • Naastbetrokkenen worden apart geïnformeerd door mentor/teamleider.
  • Ouders informeren via telefoon of mail.
  • Eventueel informatie op de website van school zetten en actueel houden.
  • Berichten op sociale media bewaken.

4. Verwerking

  • Mentoren of vakdocenten ondersteunen leerlin- gen in de klas. Ook in een eventuele nazorgruimte zijn mentoren/leerlingbegeleiders aanwezig.
  • Werkvormen voor de verwerking gebruiken. Of en welke, hangt af van de behoefte van de leerlingen en deomstandigheden. Zie voor lesideeën de link naar de publicatie ‘De Leegte in school’.
  • Als leerlingen naar huis zijn, met collega’s napraten en kijken wat er nodig is voor de volgende dag.

5. Bij overlijden: bezoek, afscheid en rouwdienst

Bezoek brengen aan getroffen gezin(-nen) door bijvoorbeeld schoolleider, mentor en enkele leerlin- gen, afhankelijk van de situatie.

  • In overleg met ouders of gezinsleden een af- scheidsbezoek regelen (zo mogelijk).
  • Contactpersoon benoemen die de contacten met de betrokken ouders onderhoudt.
  • Overleg met ouders/gezin over aanwezigheid bij en inbreng in de rouwdienst en/of herdenkingsdienst.
  • Afscheid nemen: indien in rouwcentrum, eventueel in overleg met ouder(-s) en uitvaartleider een aparte bezoektijdregelen voor leerlingen.
  • Leerlingen vooraf informeren over wat hen te wachten staat. Wat is een rouwcentrum, hoe ziet de overledeneeruit, wat wordt er van je verwacht?
  • Begeleiding bij het afscheid regelen. Zorgen voor voldoende opvang van de leerlingen. Zo mogelijk zorgen voorthee/koffie/frisdrank.
  • Indien van toepassing, ouders/gezin informeren over een herdenkingsdienst op school en hun eventuele aanwezigheid daarbij.
  • Eventuele medewerking aan rouwdienst/herden- kingsdienst voorbereiden met leerlingen.
  • Regelen van ruimte (en consumpties) om na de dienst de leerlingen en medewerkers op te vangen en na te praten.

Na afloop - Nazorg

Wat is er nog nodig in de klas, nadat de vermiste leerling is gevonden, de daders gepakt zijn of de uitvaart voorbijis?

  • Is het nodig relaties te herstellen?
  • Wordt er rekening gehouden met verschillen in verwerking?
  • Wie besteden er extra aandacht aan risicoleerlingen? ê Is nazorg nodig voor de medewerkers? Bijvoorbeeld eenbijeenkomst om gevoelens te delen, informatie te delen over rechtsgang, enzovoorts?
  • Is er individuele nazorg nodig voor medewerkers?
  • Is er nazorg nodig voor de betrokken schooleider(s)?
  • Is een ouderavond wenselijk? Bijvoorbeeld een avond waarop ouders informatie krijgen over depressiviteit/zelfmoord, gezonde seksuele ontwikkeling, rouwverwerking?
  • Is er een nagesprek met de betrokken ouders gepland?
  • Is er een evaluatiebijeenkomst voor het crisisteam georganiseerd?
  • Zijn er afspraken gemaakt met betrokkenen over het opruimen van de herdenkingsruimte?

Periode erna

1. Collegiale steun vormgeven

  • Zo nodig externen inschakelen om gesprekken te leiden. Eventueel een supervisietraject aanbieden.
  • Ruimte laten voor individuele opvang van leerlingen door mentor, leerlingbegeleider of vertrouwenspersoon.
  • Op tijd doorverwijzen bij traumatische rouw.
  • Eventueel een rouwgroep oprichten waarin leerlin- gen vrijwillig een aantal keren samenkomen, onder begeleiding van een interne of externe rouwdeskundige.

2. Bijstellen crisisboek

  • Evalueren van de gang van zaken.
  • Op basis van de evaluatie het draaiboek bijstellen.